EIM, brancheorganisatie van European Rail Infrastructure Managers wil internationale treinreizen goedkoper maken.
De afgelopen jaren is vliegen dusdanig goedkoop geworden dat mensen makkelijker in een vliegtuig stappen dan in een trein. De EIM, waar ook het Nederlandse Prorail deel van uitmaakt, wil dat veranderen.
Dat lijkt een goede zaak want reizen met de trein is prettig en milieuvriendelijker dan vliegen maar op dit moment vrij duur. Alleen als je goed naar de aanbiedingen zoekt, vind je prijzen die concurreren met vliegtickets. Een tripje naar Berlijn is nu met de trein al gauw drie keer duurder dan met het vliegtuig. Dit prijsverschil wordt deels verklaard door het ontbreken van belasting op kerosine, in feite een subsidie op vliegen, maar de operators van Europese treinen zouden ook eens goed moeten nadenken over goedkopere treinkaartjes.
In de afgelopen tien jaar was er een enorme stijging van het aantal vluchten en passagiers door prijsvechters als easyJet en Ryanair. Deze maatschappijen creëerden vraag door goedkope tickets. Mensen die eerst thuisbleven kijken nu waar ze goedkoop heen kunnen. Treinbedrijven zouden een voorbeeld kunnen nemen aan dit model. Verlaag de prijzen van internationale tickets dusdanig dat deze kunnen concurreren met prijzen van vliegtickets en de mensen komen vanzelf.
De trein heeft namelijk een paar grote voordelen ten opzichte van het vliegveld. Zo is de trein veel comfortabeler, met meer beenruimte en betere stoelen. Je kunt net zoveel bagage meenemen als je wilt en de trein komt midden in het centrum van de bestemming aan.
Voor verdere bestemmingen blijft de snelheid van het vliegtuig moeilijk te verslaan maar zeker voor Europese citytrips zou de trein een volwaardig alternatief moeten zijn.
De EIM wil hier dus werk van maken en treinreizen aantrekkelijker maken. Hopelijk zijn ze in staat de prijzen van internationale treintickets flink te verlagen en daarmee de reizigers te verleiden de trein te pakken.